Apotheek Copenhaege

Kopenhagenlaan 5 3137 NP Vlaardingen Tel:010-4740800

Medische Encyclopedie

Inhoud

Toxoplasmose

Wat is toxoplasmose?

Toxoplasmose is een infectie door een parasiet die wordt overgedragen van dier op mens. De parasiet kan in rauw vlees en in de uitwerpselen van katten voorkomen. Vooral jonge katten. Bij het eten van (half)rauw vlees, bij het verschonen van de kattenbak of bij het werken in de tuin kunt u in aanraking komen met de toxoplasmose parasiet.

Meestal veroorzaakt toxoplasmose geen of nauwelijks klachten. De helft van alle mensen heeft ooit toxoplasmose gehad. Hun lichaam maakt antistoffen die beschermen tegen een nieuwe infectie.

Een infectie met toxoplasmose kan gevaarlijk zijn in de zwangerschap. Als u zwanger bent en besmet raakt met toxoplasmose, kunt u de ziekte overdragen op uw baby. De kans hierop is ongeveer 40%. U kunt dan een miskraam krijgen of de baby kan ernstige hersenbeschadiging of oogaandoeningen krijgen.

Kan ik er zelf iets tegen doen?

Tijdens de zwangerschap is het belangrijk dat u toxoplasmose voorkomt.

  • Eet geen rauw vlees, zoals biefstuk, filet american of rosbief.
  • Verschoon de kattenbak liever niet zelf, maar laat dit doen.
  • Houd liever geen jonge katten vast.
  • Was groenten en fruit zorgvuldig.
  • Draag handschoenen als u in de tuin werkt.

Kijk voor meer informatie naar Voeding tijdens de zwangerschap.

Wat kan de apotheker voor mij doen?

Uw apotheker zorgt ervoor dat u uw medicijnen goed en veilig kunt gebruiken. Het maakt niet uit of u een medicijn korte tijd of langdurig nodig heeft.

  • Receptcontrole

De apotheker controleert elk recept. Bijvoorbeeld: is het juiste medicijn voorgeschreven en meegegeven, is de dosering goed, kan het medicijn samen met andere medicijnen die u gebruikt. Als het nodig is, overlegt uw apotheker met uw huisarts of specialist.

  • Overzicht van uw medicijnen

Uw apotheker houdt bij welke medicijnen u gebruikt. U kunt in de apotheek altijd om een overzicht van uw medicijnen vragen. Dit kunt u bijvoorbeeld meenemen als u uw specialist bezoekt, in het ziekenhuis wordt opgenomen of naar het buitenland gaat.

  • Delen van informatie over uw medicijnen met andere zorgverleners

Uw apotheker, huisarts en het ziekenhuis kunnen informatie over uw medicijnen met elkaar delen als dat nodig is voor uw behandeling. Dit mag alleen als U daar toestemming voor geeft.

  • Begeleiding bij nieuwe geneesmiddelen

Krijgt u een medicijn dat u in de afgelopen 12 maanden niet hebt gebruikt? Dan krijgt u extra uitleg over deze medicijnen.

  • Ondersteuning als u uw medicijnen weleens vergeet in te nemen

De apotheker heeft daar hulpmiddelen voor. Als uw zorgverzekeraar toestemming geeft, kan uw apotheker uw medicijnen per dag en per tijdstip van inname in aparte zakjes voor u laten verpakken.

  • Persoonlijk gesprek over uw medicijnen

Heeft u vragen over uw medicijnen, of problemen met het gebruik? Bijvoorbeeld moeite met slikken van medicijnen, openmaken van de verpakking, of last van een vervelende bijwerking? Vraag uw apotheker om een persoonlijk gesprek. Hij kijkt dan samen met u welke mogelijkheden er zijn om uw probleem te verhelpen.

  • Medicatiebeoordeling

Uw apotheker en huisarts kunnen u uitnodigen voor een gesprek over uw medicijnen. Dit is mogelijk bij patiënten ouder dan 65 jaar die langdurig meer dan 5 medicijnen gebruiken. Samen met u bespreken ze of er verbetering mogelijk is. Als u bijvoorbeeld last hebt van bijwerkingen van een medicijn kan het soms vervangen worden door een ander medicijn.

  • Zelfzorg

Bij de apotheek kunt u terecht voor advies over medicijnen die u zonder recept (= zelfzorgmedicijnen) kunt kopen, voor verbandmiddelen en cosmetica. De apotheek kan zelfzorgmedicijnen voor u opnemen in uw medicatiedossier. Dan kan de apotheker controleren of u ze veilig samen met uw receptmedicijnen kunt gebruiken.

  • Bezorgservice

Bent u moeilijk ter been? Informeer bij uw apotheek of zij uw medicijnen bij u thuis kunnen bezorgen.

In welke gevallen kan ik beter naar de huisarts gaan?

Welke medicijnen worden gebruikt bij

Meestal wordt een toxoplasmose infectie niet opgemerkt, omdat er bijna nooit klachten zijn. Als toxoplasmose moet worden behandeld, kan dat met verschillende antibiotica.

Sulfonamide-antibiotica
Antibiotica van het sulfonamide-type remmen de groei van Toxoplasma gondii. Deze middelen dringen door in de parasiet en verhinderen de aanmaak van een stof die essentieel is voor de parasiet. De parasiet sterft hierdoor.

Sulfadiazine wordt bij toxoplasmose in combinatie met pyrimethamine gebruikt. De combinatie van deze twee middelen werkt sterker tegen de parasieten dan de middelen afzonderlijk. Voorbeeld is sulfadiazine.

Clindamycine
Clindamycine is een antibioticum dat de groei remt van Toxoplasma gondii, doordat het ingrijpt op de eiwitaanmaak binnen de parasiet. De parasiet kan zonder eiwitten niet verder groeien. Als gebruik van sulfadiazine niet mogelijk is, wordt clindamycine gebruikt. Clindamycine wordt hierbij in combinatie met pyrimethamine toegepast.

Atovaquon
Atotvaquon is een medicijn tegen parasieten. Het remt de groei van Toxoplasma gondii en wordt soms gebruikt om een infecties met toxoplasmose-parasiet te voorkomen bij mensen met hiv, omdat zij een verminderde afweer hebben.

Terug naar overzicht